Een kas in de botanische tuin van Kyoto met een afdeling “Perennial and Useful Plants Garden” “Plants that we can use for our benefit,” lees ik. De rest van de kassen en de hele botanical garden, inclusief de Bonsai bomen en de Orchideeën, cactussen en de 30.000 geroemde planten uit China: useless. Geen planten die we kunnen gebruiken voor our benefit.
Reflecteert dat een algemene houding? Denken aan onze omgeving als een gebruiksvoorwerp? Het is het onderzoeken waard. In het Westen bestaat er geen consensus over. Moeten wij de aarde beheren, zodat hij zoveel mogelijk intact blijft, of mogen wij haar gebruiken naar eigen goeddunken? De discussie of ons gedrag tot nadelige gevolgen kan leiden is een afleidingsmanouvre, voor deze diepere vraag.
Om het te onderzoeken, kijk ik rond wat ik zie. Dat is natuurlijk beperkt. Het aardige van schandalen is dat je ze pas ziet, als ze openbaar gemaakt worden. Misschien zit ik nu wel op een gifbelt te werken.
De teksten die ik op Internet tegenkom zijn hagiografische juichgezangen met hier en daar een valse noot. Het klinkt alsof er hier en daar wat misgaat en dat de overheid dan meteen juist, correct en stevig ingrijpt. Internet is voor ons onbetrouwbaar ook om wat Kakuzo Okakura zegt. De meeste teksten zijn “unreliable anecdotes of passing travelers.” Zelden of nooit lees ik een tekst van een Japanner. Waarschijnlijk ook omdat we het Japans niet machtig zijn. De teksten van Japanners die wel vertaald zijn doen raar aan. Een opperste aan nederigheid tonen om je af te zetten tegen het Westen. Het is lezen tussen de regels door. In de films die we weer kijken van Yasujiro Ozu, en Kenji Mizoguchi komt wel iets door. Zoals bijvoorbeeld dat “ze” het jammer vinden dat ze de oorlog verloren hebben. Anders hadden ze nu in New York gewoond en een blonde vrouw met blauwe ogen gehad, zoals een bijrolpersoon zegt in de film An Autumn Afternoon uit 1962 van Yasujiro Ozu, zijn laatste voordat hij op 60 jarige leeftijd stierf. Mensen die de films van Yasujiro Ozu en Kenji Mizoguchi of Akira Kurosawa niet gezien hebben, zijn niet opgevoed. Ik praat tegen mijn lezers, ja.
Fukushima is natuurlijk geen voorbeeld van hoe er met de natuur omgegaan wordt, omdat het een ongeluk was. Wel een met enorme gevolgen. Het Japanse rijk wordt getroffen door duizenden aardbevingen per jaar en men kan jaarlijks rekenen op flink wat typhoons en hier en daar een tsunami. Niet bepaald een stevige basis voor kerncentrales. Er staan er in totaal 60. Dat is de helft van de Verenigde staten, om maar een dwarse-straat te noemen. Van uitbreiding van het arsenaal lijkt geen sprake, de bevolking wil het niet, lees ik hier en daar.
Ik kom de term “Useful plant Garden” niet veel tegen op Internet. Het kan natuurlijk zijn dat het een vertaalfout is. Dat er in het Japans iets heel anders staat. Zoals Kakuzo Okakura in The book of tea (1906) zegt: “Your information is based on the meager translations of our immense literature, if not the unreliable anecdotes of passing travelers.” En nog scherper: “Translation is always a treason…”
We lezen veel vreemd Engels op borden. Ze nemen niet de moeite om een Engelse native speaker naar hun teksten te laten kijken. Het is ook de vraag of alle Japanse mensen zo over de natuur denken. Iets dat je al dan niet kunt gebruiken. Wel weten we dat ze door blijven gaan met het vissen op walvis en op blauwvintonijn. Dat hoeft binnenkort niet meer. Dus dat probleem lost zich vanzelf op. We hebben nog nergens walvis op het menu zien staan. Voor de rest aan schelpdieren alles, net zoals we overal zee-egel tegenkomen. De populatie blauwvintonijn is de afgelopen 40 jaar met 80% geslonken. De vangst van deze dieren heeft in de verste verte niet meer de romantiek van The old man and the sea. Moderne Technieken hebben de afgelopen 40 jaar de overbevissing mogelijk gemaakt.
Van de myriaden aanwijzingen, geboden en verboden, gaat maar een klein deel over “litter.” Komt dat omdat het in de natuur van de Japanners zit om alle schoon te houden, zodat dat thema bijna niet bestaat?
Wat ons wel opvalt, is dat de rivieren in Kyoto schoon lijken. Dat blijkt ook uit allerlei staatjes op internet. Al weet ik niet wat het zegt. Er is in Japan de gebruikelijke vervuiling ten gevolge van overbebouwing en indistrualisatie, en er is niet al te veel aandacht voor. Behalve op basis van het principe: als het kalf verdronken is dempt men de put. Zoals in het geval van Fukushima. Het is allemaal lastig te achterhalen. Ziet de Japanse gemeenschap hun land als gebruiksartikel en is men van mening dat er verder niet gezorgd hoeft te worden?
We hebben de opdracht in ons huis om het vuil extreem te scheiden. Alle vuil moet afgewassen worden en apart in zakken gedaan worden, plastic, papier, etensresten, glas, metaal. Het dient in aparte zakken een keer per week bij een vuilophaalplek neergezet te worden.
Op die plek, geen rotzooi. Met kranten in de plasticzakken, om het vuil heen zodat het er keurig uitziet. Het heeft te maken met hoe er met de grote hoeveelheid aan vuil omgegaan moet worden, lees ik op internet. Het land is te klein om vuilstorten te maken en verbranden bleek te veel dioxide in de lucht te veroorzaken. Eerst werd 85% verbrand. Daar staat tegenover dat alles in plastic zit. Het liefst drie of vier lagen. Een zak met daarin kleinere zakjes met daarin per item een plastic verpakking is niet ongewoon. Het scheelt niet veel of elke chip van een zak chips zit in een verpakking. Aan de kant van de productie is de boodschap nog niet doorgedrongen, kennelijk.
Op de straten staan geen vuilnisbakken waar je je afval kwijt kunt. Het is de bedoeling dat je het mee naar huis neemt en daar weggooit. De verschrikkingen van een Amsterdamse straat na koningsdag levert dat niet op. Met blikjes bier rondlopen of zakken patat zie je hier nooit. De straten en gebouwen zijn extreem schoon en heel. De omgeving doet ertoe.
De japanse director Hayao Miyazaki wijdt bijna al zijn animatiefilms aan het met respect omgaan met de omgeving en het stoppen van het consumentisme. In Spirited away veranderen de ouders van Chihiro Ogino in varkens als ze ongeremd gratis willen eten van een rijke dis die ze in een verlaten dorp vinden. De badgasten van het badhuis waar ze terechtkomt zijn allemaal shintogoden en shintogeesten die komen uitrusten en schoongemaakt worden van al het vuil die de mensen op en in ze hebben gedumped. De riviergod Haku is zelfs zijn idenntiteit vergeten en krijgt die pas terug als Chihiro hem die vertelt. Hij heet eigenlijk Nigihayam Kohaku Nushi en keert daarna terug naar zijn schoongemaakte rivier. Ook princess mononoko gaat op het vernietigen van de natuur voor eigen gewin.
Electrische auto’s maken nog maar 1% uit van wat er rijdt, maar de doelstelling is 100% in 2050. Het openbaar vervoer is aan de andere kant zo verbluffend goed, dat ik me afvraag of veel mensen gewoon geen auto hoeven. Hier geen highways met parkeerplaatsen ter grootte van 16 voetbalvelden, voor McDonalds en andere junkfood ketens, Wallmart of Allbertson’s. In America ben je gesjochten zonder auto. Je kunt hier alles bereiken met het openbaar vervoer waar we ook zijn in de stad. De Shinkansen maken van 370 kilometer afstand een forensische afstand. Elke 20 minuten, dag in dag uit in 2 en een half uur van hartje Kyoto naar hartje Tokyo.